Beeldhouwer en socioloog aan basis Apple-innovaties

door | 31 augustus, 2010

Categorie: Sociale Media
Tags:

Alleen persvoorlichters praten bij Apple met journalisten, dus noem ik ‘m pro forma “Bram”. Bram zweefvliegt met een kleurrijke presentatie ‘van iPod via iPhone naar iPad’. Als tweede spreker tijdens de ‘Villamedia Apple Afternoon’ schetst hij – off the record, uiteraard – in het Amsterdamse hoofdkantoor wat een inspirerende werkomgeving vermag.

De ontwikkelteams bij Apple bestaan voor 40% uit de zeg maar ‘inhoudsdeskundigen’. De aanzitters kunnen evenzeer beeldhouwer zijn of socioloog. Ook schuift wel eens iemand aan die hoegenaamd niets van automatisering snapt.
Niettemin ligt er vanzelfsprekend een succesvolle basisfilosofie onder de deze wat olijk lijkende productontwikkeling. Bram is helder. Voor alle toepassingen van Apple is “de beste manier om …” van toepassing. Maar, wat is een GOED product volgens dit bedrijf?

Die meetlat ligt langs vijf issues: 1] Iteratie op iteratie 2] Signaleer de juiste wens of behoefte van de klant 3] ontwerp voor de doelgroep 4] binding met gebruiker (klant) 5] denk na over de behoefte van de ontvanger.
En dat werkt Bram uit met voorbeeldjes. Soms alleraardigst. Zoals die ultrasone ringtone (die meer dan de helft van ons seniore gezelschap niet hoort) en alleen het hamer-en-aambeeld van jonge studenten doet trillen. Zo laten adverteerders tijdens de lessen in de klas weten dat er een nieuw sms’je is verstuurd. En de docent maar afvragen waarom hij de aandacht even kwijt is …
En “Innovatie is wat de gebruiker wil. T-Ford was eigenlijk een sneller paard.” En “Zonder iTunes was iPod nooit een succes geweest. Reken maar dat Sony er blij mee was toen Michael Jackson overleed. Die eerste weken wilde de hele wereld zijn liedjes downloaden. Als ze drie maanden later een oeuvre-CD hadden uitgebracht was de hype al weer voorbij geweest.”
Met het tonen van de laatst bekende cijfers over het aantal apps (200.000) en het aantal downloads (4.000.000.000) geeft Bram aan dat de actualiteit dit aantal ongetwijfeld heeft achterhaald. “Morgen gaan we weer wat roepen.” Dan – realiserend dat de zaal vol journalisten zit: “Gaan we morgen wat roepen???”